|
Burger Partij Amersfoort ( BPA )
Fractie
College van B&W der Gemeente Amersfoort
T.a.v. de Burgemeester, mevrouw A. van Vliet-Kuiper
Amersfoort, 05 september 2004.
Geachte mevrouw van Vliet-Kuiper,
Op grond van artikel 37 van het reglement van orde van de gemeenteraad van Amersfoort, wil de BPA en Amersfoort.cc graag de volgende vragen aan het college van B&W stellen.
Inleiding:
Wij krijgen steeds meer signalen dat inwoners (wederom) ernstige overlast hebben van hangjongeren. Helaas moeten we constateren dat de overgrote meerderheid bestaat uit allochtone jongelui met een tomeloos grote mond. Wij vrezen dat we in sommige gevallen niet ver meer af zijn van het punt waarbij bewoners eigenmachtig gaan optreden, tengevolge waarvan escalatie niet kan worden uitgesloten. Buurtbewoners geven ons aan het beu te zijn om voortdurend te worden geschoffeerd door een beperkt groepje jongeren!
Helaas is het ook zo dat veel overlast NIET wordt gemeld, aangezien men bang is voor negatieve reacties van de betrokken jongeren. Zelfs op vriendelijke vragen de geluidsoverlast i.v.m. het gaan slapen van kinderen te beperken wordt gereageerd met pesterijen en verdergaande overlast. Dit leidt ertoe dat mensen uiteindelijk gaan verhuizen, waardoor in een specifiek geval zelfs een aanvankelijke (zeer op prijs gestelde) verjonging van de buurt wordt teruggedraaid.
Ook begrijpen wij dat helaas steeds meer terughoudendheid wordt betracht bij de direct betrokkenen in de wijk, zoals wijkagent, buurtwerker of jeugdwerker. Zij stellen veelal geen kans te zien er iets aan te doen of tonen, in de ogen van de bewoners, desinteresse.
Wij hebben hierover de volgende vragen:
- Is het college op de hoogte van deze tendens, met voor bewoners zeer vervelende situaties, en wat zijn de concrete acties van het college in deze (geweest)?
- Is het college bereid om samen met de wijkagent(en) en de gemeentelijke buurthuiswerkers op korte termijn een inventarisatie en een plan van aanpak te gaan maken en tevens acties te gaan ondernemen richting deze groepen overlast veroorzakende jongeren?
- Is het college tevens bereid - om samen met de wijkagent en de gemeentelijke buurthuiswerkers - om in specifieke gevallen, zoals bijvoorbeeld in Nieuwland, in direct contact te gaan treden met de vaders (ouders) van deze groep overlast veroorzakende jongeren?
- Is het college ook bereid om deze aanpak – namelijk in direct contact te treden met de vaders (ouders) van overlast gevende jeugd ook te gaan toepassen in de Kruiskamp, Liendert, Schuilenburg en andere Amersfoortse wijken waar dat nodig is?
Helaas zijn, zoals we al aangaven, de betrokken bewoners niet in alle gevallen bereid in de openbaarheid te treden, uit angst voor tegenmaatregelen vanuit de groep jongeren. Waar mogelijk zullen wij u informeel informeren, waarbij wij er van uitgaan dat u vertrouwelijk met de informatie zult omgaan.
In antwoord van uw spoedige antwoorden, namens de BPA en Amersfoort.cc
Hans van Wegen, fractievoorzitter.
ANTWOORD van burgemeester en wethouders
__________________________________________________________________________________
- Neen, wij constateren geen tendens. Wel zijn wij op de hoogte van het feit dat bewoners overlast ervaren van groepen jongeren. Bewoners kunnen overlast melden via het meldpunt en via de politie. De gemelde overlastsituaties door jongeren worden geïnventariseerd en besproken in het JOS-overleg (jongeren op straat overleg). Vaste deelnemers aan dit overleg zijn de opbouwwerker, de jongerenwerker, de wijkagent en gemeente. Hier wordt besproken welke acties ondernomen moeten worden om de overlast terug te dringen. De professionals kunnen echter alleen actie ondernemen indien er sprake is van melding door bewoners en op basis van signalen van henzelf. Dit betekent dat melding door bewoners van belang is. De JOS-overleggen worden gevolgd en geëvalueerd. Indien nodig wordt de werkwijze bijgesteld.
- Ja. Deze werkwijze wordt namelijk al een aantal jaren toegepast. In 1998 is het Jeugd Preventie Project (JPP) gestart. Inmiddels is dit project structureel ingebed in de lokale structuur. Vanuit het JPP zijn de JOS-overleggen ontstaan. In de JOS-overleggen wordt bijgehouden waar overlast is en wat de aard van de overlast is. De overlastgevende jongeren worden in kaart gebracht. Indien de problematiek een integrale aanpak vraagt, wordt een plan van aanpak opgesteld door het opbouwwerk om samen met verschillende partijen een oplossing te vinden voor het probleem. In overleg met de partners en zelforganisaties wordt afgesproken wie welke actie onderneemt. Hier worden, indien nodig, ouders, buurtbewoners en hulpverlening bij betrokken.
- Ja, dit gebeurt.
- Ja, indien nodig.
N.B. U gebruikt in uw vragen de term "gemeentelijke buurtwerkers". Voor alle helderheid willen wij opmerken dat de gemeente geen buurtwerkers in dienst heeft. Wellicht bedoelt u de opbouw- en jongerenwerkers in dienst bij de SWA.
| |